Home

Goede praktijk: Hakuna Matataal

Goede praktijk: Hakuna Matataal

Taal

We interviewen Katrien Monteyne over haar organisatie: Hakuna Matataal

Hey Katrien, wat is Hakuna Matataal en hoe zijn jullie ontstaan? 

Hakuna Matataal vzw is een organisatie die taalstimulerende activiteiten aanbiedt aan kinderen die Nederlands nodig hebben in hun dagelijks leven.  De vzw werd opgericht door drie leerkrachten werkzaam in Brussel en in de Vlaamse rand rond Brussel waar de taalproblematiek groot is. Enorm veel kinderen voor wie Nederlands niet de moedertaal is, lopen er school in het Nederlands. Hierdoor zitten leerkrachten met de handen in het haar en is het enorm moeilijk om alle kinderen zo ver mogelijk te brengen in een schooljaar. Als kinderen een week geen Nederlands meer horen of spreken verliezen ze enorm veel taal. Vandaar dat we de nood voelden om iets voor hen te doen. We geven hen de kans om bij ons een weekje ondergedompeld te worden in het Nederlands. Het ultieme doel is dat kinderen en jongeren hierdoor meer en betere kansen krijgen tijdens hun schoolloopbaan. Wij willen er mee voor zorgen dat ze hun dromen kunnen waarmaken.  

Dus jullie focus is op kinderen die het Nederlands helemaal niet machtig zijn?

De kinderen die komen zijn veelal kinderen die in het Nederlands naar school gaan en dus al een grote basiskennis hebben. Maar er komen ook kinderen naartoe die in Nederlandstalige gemeenten wonen, maar wel naar Franstalige scholen gaan en dus geen woord Nederlands kennen. We staan ook open voor anderstalige nieuwkomers. Zo waren er afgelopen zomer een twintigtal Oekraïense kinderen. We organiseren onze stages in samenwerking met integratiediensten van gemeentebesturen of met andere partners. Op dit moment werken we met 4 leeftijdsgroepen: 4-jarigen, 5-6-jarigen, 7-9 jarigen en 10-12-jarigen. We denken ook na over een aanbod voor jongeren van 12 tot 15 jaar en voor volwassenen. 

Hoe zetten jullie in op taalstimulering?

Meestal organiseren we taalstages van 5 dagen met activiteiten tussen 9u en 16u. We werken altijd rond een thema en binnen dat thema breiden we de woordenschat van de kinderen sterk uit. Onze taalstages zitten vol taalspelletjes en andere methodieken om woordenschat te verwerven en in te oefenen. We creëren op die manier oefenkansen Nederlands. We geven hen de kans om spelend Nederlands te leren, we geven geen les. Taalbeleving en (taal)plezier staan centraal. Onze begeleiders krijgen een volledig uitgewerkt programma en moeten dus zelf niets voorbereiden. Al het materiaal wordt door ons voorzien. Hierbij wordt een evenwicht gezocht tussen buiten spelen, knutselen, actieve en rustige spelletjes, koken, oefeningen maken, woordenschat leren/oefenen, zingen en momenten om tot rust te komen. Er is ook altijd een leeshoekje met boeken die aansluiten bij het thema van de week. 

De activiteiten zijn heel afwisselend en voldoende uitdagend voor alle leeftijden. Om hun spreekdurf te stimuleren boksen we steeds een slotshow in elkaar waar we de ouders van hun sokken blazen met wat ze allemaal durven en geleerd hebben na vijf dagen. De activiteiten worden voorbereid door ervaren leerkrachten. De taaldoelen die we vooropstellen tijdens de activiteiten sluiten aan bij wat kinderen van die leeftijd op school ook leren. We zorgen ervoor dat de (thematische) woordenschat meermaals terugkomt omdat je een woord meermaals moet gebruiken in verschillende contexten om het echt te beheersen. Op die manier zijn we zeker dat kinderen ook echt nieuwe woorden leren door deel te nemen. We zorgen ook voor sport en spel, voor een laagdrempelig aanbod waarbij ze hun hoofd kunnen leegmaken. 

We hebben ook een vormingsaanbod ontwikkeld voor begeleiders van anderstalige kinderen, maar dit staat nog in zijn kinderschoenen. We willen hier in de toekomst nog meer op inzetten. Op onze taalstages zetten we naast taalstimulering ook heel hard in op het welbevinden van iedereen. We brengen kinderen uit verschillende culturen samen en we motiveren hen om (beter) Nederlands te leren. We streven naar Nederlands als verbindende taal tussen iedereen. We zetten heel hard in op de groepssfeer. We willen dat elk kind zich goed voelt.  

Waarom vind je de aanpak van Hakuna Matataal zo belangrijk?

Door les te geven in Brussel merkte ik de enorme impact van een schoolvakantie op. Het leerproces van een anderstalig kind wordt niet alleen onderbroken, de kinderen verliezen zoveel taal in de periode waarin ze alleen maar hun moedertaal spreken dat ze na de vakantie niet onmiddellijk mee kunnen in de klas. De inspanningen die zij moeten leveren om bij te benen, om zich te kunnen uitdrukken en om al die leerstof te verwerken in een taal die niet de hunne is, worden enorm onderschat. De oplossing: zorgen dat ze -zeker in langere schoolvakanties- ook nog in contact komen met de schooltaal. Zo is het verlies kleiner en kunnen ze na een vakantieweek, of na de negen weken zomervakantie, veel sneller aansluiten bij het taalniveau van de klas. Het is voor onze samenleving enorm belangrijk dat we ook de kinderen met een andere moedertaal dan het Nederlands zover krijgen dat ze verder willen studeren. We hebben nood aan voldoende hoog opgeleide mensen om alle soorten vacatures te kunnen invullen. En op dit moment sturen we heel veel jongeren omwille van taalachterstand al heel jong een bepaalde richting uit en dat is vaak onomkeerbaar. We willen er dus zeker niet alleen zijn voor de leerlingen die niet mee kunnen op school, gewoon voor elke anderstalige die wat ondersteuning wil. 

De speelse invalshoek is noodzakelijk omdat het tenslotte voor deze kinderen ook vakantie is. Ze moeten een leuke week hebben en op geen enkel moment mogen ze het gevoel hebben dat ze “moeten” leren. 

Welke uitdagingen zie je nog als het gaat over taalstimulering?

Het vinden van gemotiveerde begeleiders blijft ook een uitdaging. We werken uitsluitend met leerkrachten, maar het is niet altijd gemakkelijk om leerkrachten te vinden die tijdens hun vakantie ook willen werken.  

Het anderstalige doelpubliek is niet altijd gemakkelijk te bereiken. Je zit letterlijk op een taalbarrière. Een heel deel anderstalige kinderen heeft het financieel niet echt breed. Het is dus zoeken naar een manier om het voor hen betaalbaar te maken en toch als organisatie uit de kosten te komen. 

We willen de “juiste” kinderen bereiken. Sommige scholen sturen ons soms hun leerlingen die niet goed mee kunnen, in de hoop dat wij hen in de vakantie bijspijkeren. Dat is echter de bedoeling niet. We zijn er voor anderstalige kinderen in het algemeen, zodat ze de kans krijgen om hun Nederlands te gebruiken en eventueel uit te breiden tijdens de vakantieperiodes. Wij geven geen bijles, en wij kunnen op 5 dagen taalstage geen leerachterstand of andere problemen wegwerken. De grootste uitdaging hier is om dit uitgelegd te krijgen. Zowel scholen als integratie-ambtenaren denken vaak dat we moeten inzetten op de zwakste kinderen. Maar elk anderstalig kind kan baat hebben bij onze taalstages, ook wie wel goed mee kan op school. 

Het is ook belangrijk dat we ouders ook zover krijgen dat ze inspanningen maken om de taal te leren. Kinderen die er op dat vlak alleen voor staan, bereiken echter minder. 

Dank je wel voor je tijd Katrien en nog veel succes met Hakuna Matataal vzw.